Samenvatting Bestuursrecht P3 Juridische Hogeschool

Samenvatting van het vak Bestuursrecht uit de P3 van de Juridische Hogeschool te Tilburg en Den Bosch

Preview document (2 of 23 pages)

Week 1
Er zijn verschillende bestuursniveaus met verschillende bestuursactiviteiten
Rijk
o Koning
o Ministers
o Staatssecretarissen
o Bestuursactiviteit: verlenen van studiefinanciering en besluiten over de uitbreiding
van luchthavens Provincie
o Provinciale staten
o Gedeputeerde staten
o Commissaris van de koning
o Bestuursactiviteit: provinciale en gemeentelijke verordeningen vaststellen en
gemeentelijke begroting goedkeuren Gemeente en waterschappen
o Gemeenteraad
o College van burgemeester en wethouders
o Burgemeester
o Bestuursactiviteit: omgevingsvergunning verlenen en gemeentelijke verordeningen
vaststellen
o Algemeen bestuur
o Dagelijks bestuur
o Voorzitter
o Bestuursactiviteit: zuiveren van afvalwater

Tot de centrale overheid behoren overheidsbesturen (ofwel decentrale overheidsbesturen) kunnen
twee soorten bevoegdheden hebben:
Autonomie: decentrale overheidsbesturen kunnen bevoegdheden uitoefenen in het kader
van eigen huishouden. Deze autonome bevoegdheden zijn gebaseerd op de Gemeente- en
Provinciewet. Deze wetten worden ook wel organieke wetten genoemd. Art. 124 lid 1 Gw
Medebewind: decentrale overheidsbesturen kunnen medewerking aan de uitvoering van
wetten in formele zin, de wetten op centraal niveau. Het gaat dan om de uitvoering van
wetten op het terrein van het bijzonder bestuursrecht, denk aan ruimtelijke ordening of
onderwijs. Wanneer er uitvoering wordt gegeven aan een bijzondere wet, spreken we van
medebewind. Art. 124 lid 2 Gw
Strijd tussen twee regels van verschillend niveau over hetzelfde onderwerp:
Hogere regelgeving gaat boven lagere regelgeving!
Algemene normen waar iedereen aan gebonden is
EVRM
1. Rijk
Grondwet
Wetten in formele zin art 81 GW
Amvb’s art 89 GW
Ministeriele verordeningen
2. Provincie
Provinciale verordeningen
3. Gemeenten en Waterschappen
Gemeentelijke verordeningen art 147 Gemw en Waterschapskeuren

Het algemeen van de burger wordt behartigd door de overheid.
Onderwerpen die overheid behandeld in het kader van het algemeen belang:
Belastingen
Onderwijs
Gezondheidszorg
Volkshuisvesting
Ruimtelijke ordening
Sociale zekerheid
Veiligheid

Per probleem instrumenten kiezen
Bestuursbevoegdheid: 200 vluchtelingen ‘kamperen’ twee maanden in een park.
Gemeenteraad moet in een algemeen plaatselijke verordening vaststellen dat kamperen
verbonden is. College van B&W kan een kampeervergunning verlenen. Dit is het eerste
instrument dat wordt gebruikt, dit instrument heeft de voorkeur. Burger wordt beschermd
door abbb en heeft geen bijstand nodig in het proces.  door een besluit te nemen

Feitelijke handeling: een handeling zonder rechtsgevolg. Een hek plaatsen rond om het park
Privaatrechtelijke rechtshandeling: het stadspark is mijn eigendom, iedereen die daar
verblijft pleegt een onrechtmatige daad. Via het privaatrecht kan de gemeente naar de
civiele rechter en zo het algemeen belang behartigen. (dit is het uiterste instrument)

Algemeen bestuursrecht: worden thema’s over het algemeen besproken: rechtsbescherming,
spelregels en besluitvorming
Bijzonder bestuursrecht: wordt 1 thema uitgebreid behandeld: milieurecht, sociaal
rechtszekerheidsrecht, ruimtelijk bestuursrecht, belastingrecht
Als er verschil zit in een algemene en bijzondere wet, dan gaat bijzondere wet voor.
Les specialis gaat voor les generalis: rechtsbescherming
AB: bestuursorgaan heeft 4 weken tijd om beslissing te nemen
BB: bestuursorgaan heeft 2 weken tijd om beslissing te nemen  BB gaat voor dus 2 weken
Bijvoorbeeld: bepalingen uit de Wabo over een omgevingsvergunning gaan voor de
bepalingen uit de Awb over vergunningen.