Gezondheidspsychologie
Les 1
Wetenschappelijk instituut voor volksgezondheid doet om de 5 jaar een studie om zo de evolutie van
bepaalde cijfers te kunnen zien.
1.1. WAT IS GEZONDHEIDSPSYCHOLOGIE
Ψ = het wetenschappelijk onderzoek naar mentale, psychosociale & biologische processen &
gedragsmatig functioneren
tools = systematische observatie en zelfrapportage vragenlijsten, vraaggesprekken
via empirische methoden
uitgangspunt van de gezondheidspsychologie: het bio-psycho-sociaal model (integratie van die drie
elementen: biologische, sociale en psychologische > deze factoren kunnen bijdragen een gezondheid
en ziekte) geïntegreerde benadering voor de assessment van:
biologische/fysiologische
psychologische/gedragsmatige
sociale/omgevingsfactoren die bijdragen aan gezondheid en ziekte
DOEL GEZONDHEIDPSYCHOLOGIE-PSYCHOLOGIE (stond ze lang bij stil!!!!)
bevordering en in stand houden van gezondheid
verbeteren van gezondheidszorg en gezondheidsbeleid
de preventie en behandeling van ziekte
oorzaken van ziekte (kwetsbaarheidsfactoren en risicofactoren)
DEFINIERING GEZONDHEIDSPSYCHOLOGIE (aanvulling)
ontstaan eind jaren 70
definitie als zelfstandige divisie binnen de American Psychological Association (APA)
definitie naar Matarazzo (Maes) “een velddiscipline van de psychologie die zich richt op de
somatische gezondheidszorg en die een wetenschappelijke en professionele bijdrage levert
tot de studie en de begeleiding van gezondheids- en ziektegedrag en van hulpverlenend
gedrag in verband met lichamelijke gezondheid en ziekte”
belangrijke uitganspunten
o relatie tussen gedrag en lichamelijke gezondheid en ziekte (vs. geestelijke GZ)
o ziekte en gezondheid wordt niet benaderd vanuit de sfeer van het abnormale,
psychopathologische gedrag (vs. klinische psychologie)
o niet enkel gericht op ziekte-, ook op gezondheidsgedrag (preventie, diagnose en
behandeling)
o een zelfstandige deeldiscipline van de psychologie (vs. een medische
hulpwetenschap: medische psychologie)
GP EN ANDERE TERREINEN
ontstaan uit verschillende terreinen binnen de sociale wetenschappen (modellen en
theorieën uit o.a. sociale, klinische en cognitieve psychologie, het behaviorisme)
gecombineerd met andere wetenschappen (GHwetenschappen, sociale wetenschappen,
geneeskunde) multidisciplinair team
verschilpunten met andere disciplines:
MEDISCHE PSYCHOLOGIE
o gebaseerd op het medisch model ‘normale’ gezondheid herstellen
o gezondheid en ziekte vanuit biologische basis bekeken (GP: een holistischere
benadering want bekijken naar bio, psycho en sociale)
o medische hulpwetenschap (GP: zelfstandige deeldiscipline)
PSYCHOSOMATISCHE GENEESKUNDE (HUIDIGE)
o houdt zich bezig met gemengde psychologische, sociale en biologische verklaringen
van ziekten
o ziekten die hier bestudeerd worden, worden vaak ‘psychofysiologisch’ genoemd
psychologische factoren zijn van invloed op deze ziekten
GEDRAGSGENEESKUNDE
o interdisciplinair gebied
o maakt gebruik van diverse gedragsweten- schappen (psychologie, sociologie,
gezondheidsonderwijs,...)
o ontstond ongeveer samen met GP (1970)
o focus op de ontwikkeling en integratie van gedragsmatige en biomedische kennis en
technieken, relevant voor ziekte en gezondheid
o toepassing van behavioristische principes op preventie, behandeling, revalidatie
MEDISCHE SOCIOLOGIE
o benadert gezondheid en ziekte o.b.v. verschillen in sociale factoren
o hanteert brede benadering van het individu bv. rol van familie, verwantschap,
cultuur
1.1.1. VERBAND TUSSEN PSYCHOLOGIE EN GEZONDHEID
DOEL GEZONDHEIDPSYCHOLOGIE-PSYCHOLOGIE (stond ze lang bij stil!!!!)
bevordering en in stand houden van gezondheid
verbeteren van gezondheidszorg en gezondheidsbeleid
de preventie en behandeling van ziekte
oorzaken van ziekte (kwetsbaarheidsfactoren en risicofactoren)
1.2. VERANDERENDE PERSPECTIEVEN
wat versta jij onder gezondheid?
individu, cultuur, leeftijd, sociale klasse
persoonlijke component
maatschappelijke component bv maand zonder alcohol was vroeger niet ze stonden er
niet bij stil dat drinken ongezond was. De maatschappij hun perspectief op gezondheid
veranderd door de tijd.
opvattingen modellen 1.2.1. MODELLEN VAN GEZONDHEID
Biomedisch ziektemodel (dit was vroeger)
objectieve feiten
directe, causale relatie
Biopsychosociale ziektemodel (nu gevolueerd naar dit model)
achterliggende organische oorzaken
unieke, individuele reactie
1.2.2. GEDRAG EN GEZONDHEID
Kanker en chronische longziekten zijn enorm gestegen de laatste jaren.
In 1900 stond griep en longziekten op de top 1, die zijn nu verdwenen door medicatie (antibiotica en
vaccinatie) en door de betere hygiëne nu.
Kanker komt nu veel meer voor. Dit komt door: de mensen worden ouder, en dan komt kanker meer
voor EN omdat we langer leven hebben we dus meer kans om ons ongezonder te gedragen (bv meer
roken)
Hart en vaakaandoeningen zijn ook heel belangrijk!
Diabetes op plaats 8, dit is nu aan het stijgen. In het echt gaat het om verdubbeling van het aantal
gevallen. Dit komt door onze ongezonde levensstijlen.
IF CZ
> aandacht voor psychosociale factoren en gedrag (preventie en behandeling) 1.3. PERSPECTIEVEN OP GEZONDHEID
1.3.1. LEKENTHEORIEEN
ernstig zieken (Bauman)
een overwegend gevoel van welzijn
de afwezigheid van symptomen
handelingen waartoe een persoon in staat is
gezonden
gezondheidsgedrag (bewegen) ze gaan niet spreken van er is een afwezigheid van pijn.
‘gezondheid’ i.f.v. de leeftijd (Krause & Jay) gezondheidsproblemen (hier hebben de ouderen het
vaak over) vs. Gezondheidsgedrag (dit is eerder door jongeren) referentiekader Health & Lifestyle (n = 9000, Blaxter) onderzoek
(te noteren of je op dit moment ziek bent)
te denken aan iemand die heel gezond is
te vermelden aan wie je denkt
te noteren hoe oud zij zijn
te overdenken waardoor je hen gezond noemt
te overdenken hoe het is als jij zelf gezond bent
uit dat onderzoek kwam er:
niet ziek
bezit > bezit van klachten of niet
gedrag > kunnen bv gaan lopen
lichamelijk fitheid en vitaliteit > voor vrouwen: energie hebben
psychosociaal welzijn
functie> als een functie om in staat te zijn om iets te doen
SUBJECTIEVE BEOORDELING VAN GEZONDHEID
via vergelijking met anderen (welke referentiegroep?)
o leeftijd
o beroep
o betere/slechtere gezondheid
o ….
gezondheid is een relatieve staat van zijn
Document Outline
Gezondheidspsychologie
Les 1
Les 2
Les 3
Les 4
LES 5: INTERVENTIES
LES 7+8: PIJN
Les 9: mantelzorg
LES 10 (ME) CVS
Laatste les, les 11