Use the 22 quiz questions to prepare yourself and test whether you know the subject matter.
Buy the quiz questions and be prepared for your next test.
Add to cartPersoonlijke identiteit
de kenmerken die jou onderscheidden van anderen,
zoals je uiterlijk, gedrag, afkomst, interesses, hobby's, karakter en
overtuigingen.
input text value
sociale identiteit
zijn de relaties en het gedrag die horen bij de rollen die je
hebt in de groepen waar je bij hoort.
input text value
groepsgedrag inhouden
is gedrag van leden van een groep dat typisch is voor
wat binnen de groep normaal is.
input text value
Cultuur
omvat alle dingen die een groep mensen denkt, doet en heeft:
gewoonten, godsdienst, normen, waarden, muziek, eetgewoonten, kleding,
bouwwerken, taal, kunst, enzovoort.
input text value
Subcultuur
is een onderdeel van een grotere cultuur, waarin afwijkende
normen, regels, waarden en doelen gelden.
input text value
Traditie
is een gebruik of gewoonte die van generatie op generatie wordt
doorgegeven.
input text value
Tegencultuur
is een cultuur die zich verzet tegen de dominante cultuur.
• Globalisering: is het wereldwijd worden of maken van productie, producten,
mensen, communicatie en ideeën.
input text value
Immaterieel erfgoed
zijn de tradities die je van vorige generaties hebt
overgenomen en die je zelf weer door wilt geven. Hierbij kun je denken aan
vieringen, rituelen, herdenkingen, traditionele kennis of vaardigheden.
input text value
Buy the quiz questions and be prepared for your next test.
Add to cartDo you prefer to learn the quiz questions from paper? Then download the 22 questions as PDF.
Add to cartEarn money by making quiz questions and learn directly for your upcoming test.
Create quizBurgerschap begrippen lijst periode 1
1.1
• Onterecht
• Persoonlijke identiteit: de kenmerken die jou onderscheidden van anderen,
zoals je uiterlijk, gedrag, afkomst, interesses, hobby's, karakter en
overtuigingen.
• 1.2
• sociale identiteit: zijn de relaties en het gedrag die horen bij de rollen die je
hebt in de groepen waar je bij hoort.
• groepsgedrag inhouden: is gedrag van leden van een groep dat typisch is voor
wat binnen de groep normaal is.
• 1.4
• Cultuur: omvat alle dingen die een groep mensen denkt, doet en heeft:
gewoonten, godsdienst, normen, waarden, muziek, eetgewoonten, kleding,
bouwwerken, taal, kunst, enzovoort.
• Subcultuur: is een onderdeel van een grotere cultuur, waarin afwijkende
normen, regels, waarden en doelen gelden.
• Traditie: is een gebruik of gewoonte die van generatie op generatie wordt
doorgegeven.
• Tegencultuur: is een cultuur die zich verzet tegen de dominante cultuur.
• Globalisering: is het wereldwijd worden of maken van productie, producten,
mensen, communicatie en ideeën.
• Immaterieel erfgoed: zijn de tradities die je van vorige generaties hebt
overgenomen en die je zelf weer door wilt geven. Hierbij kun je denken aan
vieringen, rituelen, herdenkingen, traditionele kennis of vaardigheden.
• Materieel erfgoed: bestaat uit tastbare cultuur en overblijfselen uit de
geschiedenis. Denk hierbij aan gebouwen, landschappen, boeken of
kunstwerken.
• multicultureel land: wat betekent dat mensen met verschillende culturen er
samenleven. Dat er zo veel verschillende culturen te vinden zijn in Nederland,
komt bijvoorbeeld door migratie.
• assimilatie: De nieuwkomers kunnen bijvoorbeeld proberen helemaal op te
gaan in de cultuur van het land waar ze gaan wonen. Dat noemen
we assimilatie. De bestaande cultuur verandert niet, de nieuwkomer past zich
volledig aan.
• Segregatie: Ze houden hun eigen cultuur en mengen niet of nauwelijks. Dat
noemen we segregatie. Een extreem voorbeeld is Zuid-Afrika in de tijd van de
Apartheid. Daar was de scheiding tussen blank en zwart officieel geregeld.
• integratie: worden nieuwkomers, personen of groepen, in de maatschappij
opgenomen. Integratie komt van twee kanten: de nieuwkomers en de inwoners
die er al waren, passen zich allebei aan. De personen of groepen smelten
samen, beide nemen dingen over van elkaars cultuur.
• 1.5
• Immigratie: is een verhuizing waarbij iemand zich in een ander land vestigt
• Emigratie: is een verhuizing waarbij iemand een land verlaat.
• Republiek: is een land waar de functie van staatshoofd niet wordt geërfd maar
gekozen.
• Inburgeren: Immigranten die langdurig in Nederland willen komen wonen,
moeten inburgeren.
• Tolerant: betekent bereidheid om afwijkend gedrag en afwijkende meningen,
levensstijlen, overtuigingen of godsdiensten te accepteren.
• 1.6
• Sekse: is het biologische geslacht van iemand: man of vrouw.
• Gender: is de sociale en culturele identiteit die bij een sekse hoort.
• Etnische afkomst is het volk of de bevolkingsgroep waartoe iemand behoort of
behoorde.
• Religie: is het geheel van verhalen, tradities en gedragsregels, meestal
gebaseerd op een geloof in een of meer goden.
22 questions
1x sold
Nederlands
11-11-2023